Fysiotherapie. Mooi maar kwetsbaar. Sportfysiotherapie, een vak apart! Afgelopen week was weer prachtig. Fietsafstelling te voorkoming van blessures, hardlopers weer aan het hardlopen gekregen met advies over hun techniek, hockeymeisje met knieklachten, en voetballers met allerlei blessures. Los van alle andere sporters die ik gezien heb afgelopen week.
In volle vaart kan ik mijn enthousiasme kwijt in de bewegingen van de sporters. Wat kunnen ze anders doen, zodat ze niet meer last van hun blessure hebben. Een voetballer die schiet met een slappe (voor)voet, of staand op zijn tenen. Een hockeyer die de bal teveel naast zich speelt of de hardloper die niet met zijn armen zwaait. Allemaal simpel te corrigeren, als je het maar registreert.
Afgelopen weekend was ik te gast bij de diplomering van de masters sportfysiotherapie van de SOMT (opleiding) in Amersfoort. Een nieuwe lichting sportfysiotherapie masters die garant staan voor kwaliteit van ons vak in de toekomst. Ik was er met twee petten. Als bestuurder voor de NVFS en als werkgever van Bianca.
Als gastdocent op de Saxion Hogeschool in Enschede, mag ik ook meewerken aan de kwaliteit van onze masters. Altijd weer een uitdaging om gedreven mensen les te mogen geven, maar ook om met ze in discussie te gaan. En vooral als ik ze kan verbazen met het verhaal dat ik te vertellen heb...
In ons vak geldt een master-eis. Vanaf 2015 master sportfysiotherapie, of ingeschreven bij een opleiding. Dat is slikken voor mensen zoals ik die al veel scholing hebben gedaan, en die ook veel hebben betekent in ons vak. Samen met collega Jeffrey ben ik bezig om zoveel mogelijk via mijn portfolio te bereiken van de master. Inclusief het wetenschappelijke onderzoek en de publicatie ervan. Spannend! En hopelijk zullen we slagen.
De master-eis is logisch. Als je kwaliteit wil uitstralen zal je ergens een grens moeten trekken. Dat wil niet zeggen dat er geen onderscheid is. Er zullen nog steeds goede en slechte sportfysiotherapeuten zijn. En de keuze om sportfysiotherapeut te worden, mag nooit een financieel belang hebben. Het is in mijn ogen een passie en een geweldig vak!
In volle vaart kan ik mijn enthousiasme kwijt in de bewegingen van de sporters. Wat kunnen ze anders doen, zodat ze niet meer last van hun blessure hebben. Een voetballer die schiet met een slappe (voor)voet, of staand op zijn tenen. Een hockeyer die de bal teveel naast zich speelt of de hardloper die niet met zijn armen zwaait. Allemaal simpel te corrigeren, als je het maar registreert.
Afgelopen weekend was ik te gast bij de diplomering van de masters sportfysiotherapie van de SOMT (opleiding) in Amersfoort. Een nieuwe lichting sportfysiotherapie masters die garant staan voor kwaliteit van ons vak in de toekomst. Ik was er met twee petten. Als bestuurder voor de NVFS en als werkgever van Bianca.
Als gastdocent op de Saxion Hogeschool in Enschede, mag ik ook meewerken aan de kwaliteit van onze masters. Altijd weer een uitdaging om gedreven mensen les te mogen geven, maar ook om met ze in discussie te gaan. En vooral als ik ze kan verbazen met het verhaal dat ik te vertellen heb...
In ons vak geldt een master-eis. Vanaf 2015 master sportfysiotherapie, of ingeschreven bij een opleiding. Dat is slikken voor mensen zoals ik die al veel scholing hebben gedaan, en die ook veel hebben betekent in ons vak. Samen met collega Jeffrey ben ik bezig om zoveel mogelijk via mijn portfolio te bereiken van de master. Inclusief het wetenschappelijke onderzoek en de publicatie ervan. Spannend! En hopelijk zullen we slagen.
De master-eis is logisch. Als je kwaliteit wil uitstralen zal je ergens een grens moeten trekken. Dat wil niet zeggen dat er geen onderscheid is. Er zullen nog steeds goede en slechte sportfysiotherapeuten zijn. En de keuze om sportfysiotherapeut te worden, mag nooit een financieel belang hebben. Het is in mijn ogen een passie en een geweldig vak!
Reacties
Een reactie posten