Doorgaan naar hoofdcontent

Ode aan de voet

Ik zie ze veel. Voor mijn werk. Schoonheid hebben ze niet, daarvoor kijk ik liever naar andere delen van het lichaam. Maar prachtig zijn ze wel: voeten!

Ingenieus zoals de voet is gebouwd. Als je goed kijkt naar de bewegingen van de voet, je analyseert de biomechanica, dan kan je alleen maar tot de conclusie komen dat ze geniaal gemaakt zijn. Zesentwintig botjes. Met daarbovenop een scheen en een kuitbeen. En al die botjes hebben meerdere functies. Zowel in een stabiele als in een flexibele stand.

Als je staat, dan zijn je voeten eigenlijk niks anders dan twee boekensteunen. De reden waarom we onze neus niet breken. Maar wel flexibele steunen, zodat we lekker kunnen hangen en ons gewicht er op allerlei manieren boven kunnen brengen. De zesentwintig botjes vormen heel veel gewrichten en die zorgen voor een flexibel geheel. Het is al prachtig om te zien dat het eerste gewricht dat drukopbouw krijgt tijdens het lopen in de richting van de buitenzijde van de voet loopt. Logisch als je bedenkt dat het lichaamsgewicht dat op de voet komt van de andere voet vandaan komt. Blijkbaar is de richting van dat gewricht gelijk aan de richting van de verplaatsing van het lichaamsgewicht.

Op het vervolg van de bewegingen van de voet zal ik nog terugkomen. Ik moet oppassen dat het niet een te technisch verhaal wordt. Dat zou tekort doen aan het wonderlijke fenomeen dat de voet is. Een schokdemper. Een opwekker van elastische energie. Een los, instabiel geheel, dat door middel van vormsluiting ongelooflijk stabiel kan worden. En dan nog maar te zwijgen over het feit dat de bewegingen van de voet een direct verband hebben met de bewegingen van de schouder en alle andere gewrichten in het lichaam. Misschien wel het bewijs dat we gemaakt zijn om rechtop te lopen. Een fenomeen, de voet!

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zonder onze leeuw!

 Hij kwam bij me omdat hij pijn in zijn knie had. Maar het was een doelbewuste actie. Tijdens het uitlaten van zijn honden, had hij me wel eens zien lopen met een groeppie, en dat leek hem ook wel wat. Eerst herstellen was mijn advies. Maar hij had haast en kon niet wachten met aansluiten. Zijn enthousiasme was toen al bijna niet te temperen. Zo heb ik hem eigenlijk alleen maar gekend. Zijn geduld werd beloond, en de donderdag avond was de eerste kennismaking met de groep. Na één training was hij eigenlijk al een vast onderdeel van de groep. Op de zondag kon hij nog niet mee, dan loop ik al met twee andere vrienden. Maar met jouw knie is dat op dit moment ook te ver vriend was mijn antwoord. Toch liep hij frequent, bijna te toevallig, met zijn hondjes op de plek waar wij onze ronde begonnen. Een paar weken later liep hij ons opeens tegen het lijf in hardloopkleren. "Nou, dan loop ik meteen toch ff een stuk mee!"; was zijn mededeling. En dat terwijl wij net een lange training

Afscheid nemen doet pijn

Het was op een stormachtige avond dat ik gebeld werd. Ik wist meteen wat er aan de hand was. Ik lag net te slapen, maar nu was het zaak van opstaan en vertrekken. Corona was zo hevig aanwezig dat we eigenlijk de weg niet op mochten. Er was een avondklok. Maar dit was belangrijker, dus samen met mijn vader en moeder zijn we naar het ziekenhuis in Amersfoort gereden. De rit was onwezenlijk. Je weet wat er te wachten staat, maar als het moment dan zover is en de realiteit je inhaalt, dan is er niks anders dan berusting en verdriet. Eenmaal aangekomen bij het ziekenhuis, hebben we de auto vlak voor de ingang van de EHBO geparkeerd. Het was midden in de nacht dus alle ruimte. Bij binnenkomst werden we snel naar de juiste kamer geleid en daar lag hij dan… Omdat hij uitbehandeld was, was hij een aantal weken daarvoor naar huis gestuurd. Het gaf mij de kans om alles te bespreken. Alles over vroeger, alles over nu, alles wat ons dwarszat, maar ook de kans om te zeggen dat ik van hem hou. Jammer

Relativiteitstheorie van Jeroen

Telkens als ik daar loop moet ik aan hem denken, bij iedere pas die ik zet zijn mijn gedachte bij hem, ik groet zijn huis bij het passeren,  en denk terug aan hoe het was om daar te zijn, de gesprekken, mijn adviezen, zijn verhaal en zijn adviezen. Aanvankelijk kwam ik langs voor de fysieke hulp, maar al snel bleek dat hij stervende was. De pijn die ik kan hebben tijdens het lopen, is relatief met de pijn die hij geleden heeft, of de pijn die zijn familie nog iedere dag heeft met zijn gemis. Wat zeur ik nou als ik daar loop, wind, regen of extreme warmte, als ik daar loop besef ik het mezelf maar al te goed,  mijn prestatie staat in het niets met de prestatie van het leven, lopen is relatief, een tijdverdrijf om me beter te voelen!